Please feel free to comment, critise or send us your additions and suggestions for future blogs; as a dealer, I also buy new material, send your offer to ads@srok.nl.

Commentaar en aanvullingen op deze blog zijn van harte welkom. Heeft u advertentie materiaal of oude tijdschriften waar u zelf niets meer mee doet, stuur dan een email naar ads@srok.nl. Voor mooi materiaal betaal ik een goede prijs. Heeft u zelf belangstelling voor oude advertenties, kijk dan eens in de on-line catalogus van SROK Ads op www.srok.nl of bij onze advertenties op Marktplaats.

donderdag 18 juli 2013

Panic (2)

Het opstellen van de hoofdcriteria (zie de vorige blog) voor al dan niet toevoegen van een advertentie aan het SROK Beeldarchief is natuurlijk een theoretisch begin, daarna komt de praktijk: hoe berg je het op? Gebruik je een kille nummer methode? Heel efficient: alles wat nieuw binnenkomt krijgt een volgnummer en wordt sequentieel gearchiveerd in bijvoorbeeld mappen. Om in dit systeem iets terug te kunnen vinden moet je een catalogus hebben. Natuurlijk hoeft dat geen digitale catalogus te zijn, een eenvoudig kaartsysteem werkt ook prima. Grote bibliotheken zoals de Koninklijke Bibliotheek en de Universiteitsbibliotheken werkten altijd al zo - 99,9% van de boeken stond opgeslagen in de magazijnen en in het kaartsysteem (later vervangen door de digitale catalogus) zocht je op welke boeken je wilde hebben, en vroeg die aan bij de balie.

De SROK webwinkel werkt net zo. Maar voor bezoekers aan de winkel en/of het beeldarchief moet er (ook) een ander systeem zijn - mensen vinden het nu eenmaal leuk om te kunnen "browsen", en zeker bij bijvoorbeeld uitzoeken van een decoratieve reclame voor aan de muur speelt "serendipity" (de S van SROK) een grote rol. Zelf heb ik natuurlijk ook met dat verschijnsel te maken - veel van de thema's waar ik in de loop van de tijd aparte mappen voor heb gemaakt, zijn min of meer bij toeval ontstaan. Zo viel het me bij het opbergen van een een grote stapel nieuw binnengekomen materiaal op dat er vlak achter elkaar vrouwen en kinderen (geen mannen!) met rood haar in de advertenties stonden afgebeeld. Voorheen zou ik die waarschijnlijk allemaal ondergebracht hebben in de algemene map "Vrouwen in de reclame" (c.q. "Kinderen in de reclame"), maar omdat het interessant leek dit wat verder uit te zoeken bestaat er nu ook een map "roodharigen".En inderdaad zitten er wel vrij veel jongens in die categorie, maar geen volwassen mannen. Of dit te maken heeft met 'culturele cliches' of dat het toeval is, geen idee (of liever gezegd, daar heb ik wel een idee over, maar ik kan dat niet staven met harde cijfers omdat het corpus daarvoor niet uitgebreid genoeg is).

Hiermee raken we meteen tot de kernvraag van deze manier van opbergen: hoe kies je de juiste categorie? Voorlopig werk ik met het criterium: in welke categorie voegt de advertentie het meeste toe aan het thema? welk van de thema's of onderwerpen die je kan terugvinden in de afbeelding komt het minst voor? In de voorbeelden hieronder zijn de mogelijke keuzes vet gedrukt en de uiteindelijke keuze onderstreept.

  • Een roodharig kind dat een watermeloen eet
  • Een negerin op rolschaatsen
  • Een neger (Moor) in een advertentie voor Albert Heijn of De Gruyter huismerk koffie
  • Een roze koelkast
  • ...
Een ander voordeel is dat door deze manier van opbergen een map 'te vol' kan raken - je kan dan ruwweg 2 dingen doen,  een nieuwe map pakken en daarin met het zelfde onderwerp verder gaan, of proberen een schifting te maken in de bestaande map: zijn er wellicht verdere onderverdelingen te ontdekken? Hebben bijvoorbeeld alle roodharige jongens ook sproeten? Of is dat alleen zo in Amerikaanse advertenties? Bestaat er in de themamap 'Telefoon' [advertenties waarin een telefoon afgebeeld is zonder dat de advertentie zelf iets met telefonie te maken heef] verschil tussen mannen en vrouwen (en kinderen) die een telefoon vasthouden? Het antwoord is overigens 'ja' - mannen worden afgebeeld in een zakelijke setting, terwijl vrouwen in 90% van de gevallen de telefoon pakken om een vriendin te bellen met het laatste nieuws over hoe goed het nieuwe wasmiddel werkt of hoe leuk het nieuwe behangetje staat.

Tenslotte speelt ook nog de volgende overweging mee: hoe veel is 'genoeg'?  Hierover meer in de volgende aflevering.



woensdag 17 juli 2013

Panic !

Wat doe je als je in je blog schrijft hoe druk je altijd bezig bent met ordenen en classificeren op het moment dat iemand aankondigt om eens in de diverse mappen te willen komen zoeken naar een bepaald onderwerp? Inderdaad, dan slaat de paniek toe .. is het allemaal wel zo netjes geordend als ik deed voorkomen, kan ik van te voren zeggen of er wel iets van dat onderwerp te vinden zal zijn? Dat valt in mijn geval wel mee, datgene dat geordend is, is goed toegankelijk.

Maar is het systeem dat ik hanteer voor opbergen wel geschikt voor de specifieke zoekactie van deze bezoeker? Zo is het in mijn systeem, dat vooral een inhoudelijke classificatie is, erg lastig (eigenlijk vrijwel onmogelijk) om snel zaken zoals "Franse advertenties uit de jaren 20" of "advertenties uit mijn geboortejaar, 1957" te vinden.

De volgende vraag is natuurlijk, is dat erg?

In het ideale geval is elke advertentie opgenomen in een database, netjes voorzien van alle mogelijke kenmerken waar iemand ooit op zou willen zoeken (datum, bron, formaat, merk, onderwerpen, afgebeelde personen, dieren en/of voorwerpen, thema's, kleur, etc.etc.). Voor een bescheiden verzameling is dat goed te doen, voor een grote verzameling is of veel tijd, of veel mankracht (lees: geld) nodig. Bij het opbouwen van mijn verzameling heb ik ontzettend veel tijd (en aardig wat geld) gestoken in het zoeken naar en kopen van partijen tijdschriften en kranten en het doorzoeken daarvan op "leuke", "mooie" en of "interessante" advertenties. Door de opkomst van het internet, met name Marktplaats, is de toevoer na 2005 explosief gegroeid. Omdat ik de verzameling ook commercieel exploiteer, is het zaak e.e.a. goed te ordenen; kopers zitten nu eenmaal niet te wachten op "ja, ik weet zeker dat ik daar iets van heb, maar waar ik dat in hemelsnaam opgeborgen heb ...".

Voor het commerciele gedeelte van de verzameling is dan ook een catalogus aanwezig, en die voldoet prima voor het doel. Echter, voor de eigen verzameling (het SROK Beeldarchief) was dat tot heden minder urgent en dus werden veel nieuwe aanwinsten opgeborgen in (nette) dozen met het idee die later eens uit te gaan zoeken.

De laatste tijd krijg ik steeds meer vragen over advertenties uit mijn eigen collectie zodat het nu wat dringerder wordt e.e.a. eens en voor al netjes op te bergen. Kortom, tijd voor een evaluatie van de opbergmethodiek.

Wat zijn nu eigenlijk de hoofdcriteria? Wat maakt een advertentie interessant genoeg om een plek te krijgen in het Beeldarchief? Gezien de hoeveelheid advertenties die in de loop der jaren verschenen is, is streven naar compleetheid onbegonnen werk en ook niet vreselijk zinvol, althans niet voor mijn doeleind. Natuurlijk is het voor nazaten van een familiebedrijf zoals Poppell (aanstekers) leuk om zoveel mogelijk over het familiebedrijf te verzamelen en zijn er zat mensen die het leuk vinden om als hobby bijvoorbeeld allerlei zaken van een aansprekend merk zoals Coca-Cola of Heineken te verzamelen. Bij het SROK Beeldarchief heb ik geprobeerd zoveel mogelijk te verzamelen volgens redelijke strenge principes. Dus geen uitputtende merkenverzamelingen (hoewel ik wel een zwak heb voor bijvoorbeeld merken zoals 7-UP).

Ik bewaar een advertentie als deze voldoet aan een van de volgende criteria:
  1. Hij is geillusteerd door een (bekende) illustrator (Cassandre, Rockwell, Savignac)
  2. Hij is 'mooi' vormgegeven; dat is natuurlijk vreselijk subjectief en dus ook niet uit te leggen aan bijvoorbeeld de handelaren bij wie ik veel tijdschriften koop.
  3. Hij valt onder een van de thema's (negers, vuurtorens, verkeerslichten) of onderwerpen (koelkasten, televisies) die ik verzamel voor het beeldarchief.
  4. Hij is karakteristiek voor een merk - door vormgeving (Byrrh) en/of tijdsbeeld (de huiselijke,tafereeltjes van D.E., samen rond de koffietafel en later samen voor de televisie), vanwege de datering van bijvoorbeeld verpakkingen, de introductie van nieuwe ingredienten en/of bereidingsmethoden (wanneer werd Coke Light geintroduceerd), etc.), vanweg een afbeelding van de fabriek op de advertentie, etc. 
Uiteraard rijst meteen de vraag, welke advertenties vallen daar dan niet onder? Dat zijn voornamelijk de typische "productadvertenties", een duidelijke foto van  het product, vergezeld van 'alledaagse' wervende tekst en vaak nadrukkelijke de prijs. Advertenties met "aanbiedingen" (nu 3 voor de prijs van 2, 10 cent korting op een pak koffie, etc.)  zijn daarvan een goed voorbeeld. Handig om te hebben bij studies naar bijvoorbeeld prijsniveau's van artikelen door de jaren heen, maar dat valt buiten mijn aandachtsgebied.

Nu moet een onderwerp verzameling ook geen "postzegelverzameling" worden, dus niet dwingend uitputtend zijn. Bij bijvoorbeeld auto's (maar dat geldt ook voor andere onderwerpen) is bijvoorbeeld de beginperiode het meest interessant, althans vanuit product-perspectief. Na de eerste pogingen het product te introduceren door een of enkele fabrikanten, slaat het opeens aan bij het grote publiek en komen er opeens allerlei fabrikanten die het product gaan maken, vaak in vele varianten. De meeste variaties "halen" het niet en verdwijnen van het toneel. Zo bestond de tegenwoordig steeds populairder wordende electrische auto ook al in de beginjaren van de automobiel. Gedurende deze periode is het interessant advertenties te verzamelen die de verscheidenheid van de producten en daarmee de creativiteit van de fabrikanten tonen. Ook zie je dan vaak dat producten opeens overal toegepast worden - kort na de uitvinding van de digitale horloges werden allerlei producten die helemaal niets met horloges te maken hadden opeens voorzien van zo'n led display. Gelukkidg verdween dat kort daarna weer. Iets dergelijks zag je ook na de introductie van rekenmachientjes - hartstikke handig, een portemonnee met ingebouwde rekenmachine :-). Na een aantal jaren convergeren de producten naar een min-of-meer standaardvorm en vanaf die periode kan de advertentie-verzamelaar zich dan concentreren op andere aspecten: vormgeving van de advertenties, creatieve teksten, pakkende slogans, etc. - aspecten dus die meer over het adverteren zelf gaan dan over het product. Ook zijn er vaak aardig cultuurhistorische trends af te leiden uit advertenties - zo is de vrouw als consument met een eigen budget voor niet-huishoudelijke producten een relatief "nieuw" verschijnsel.

Voldoende voor vandaag, een flinke lap tekst en geen enkele foto ... wordt dus vervolgd !